Nieuwsbrief oNS Nieuws (nieuwsbrief 1187)

Editie nummer 1187 - 31-10-2024

Proef met 'interventiemedewerker onbegrepen gedrag' lijkt vruchten af te werpen

Bron: Corporate Security

Al een half jaar loopt 'interventiemedewerker onbegrepen gedrag' Teun rondes over Utrecht Centraal. Sinds juli doet Jolanda hetzelfde werk in Rotterdam. Verwarde personen helpen vóórdat het misgaat, is het idee. Wat heeft deze proef in de eerste zes maanden opgeleverd?

Jolanda herinnert de jongeren zich nog als de dag van gisteren. Een koppel uit Litouwen – 'ik schat in de twintig' – dat huilend op het station tegen een winkelruit leunde. Ze waren net ontslagen. Hadden geen werk, geld of onderdak meer. 'Het kostte me veel tijd om hen te overtuigen dat slapen op het station geen optie is. Ik heb de weg gewezen naar de Pauluskerk, het Leger des Heils, maar na een uur waren ze terug.' Jolanda loopt weer naar de jongeren toe. ‘Om hen opnieuw duidelijk te maken dat onderdak en voedsel prioriteit hebben. Na dat gesprek heb ik ze niet meer teruggezien.'

Niet verward, maar onbegrepen
Dit soort ontmoetingen heeft Jolanda bijna dagelijks in haar werk als 'interventiemedewerker onbegrepen gedrag'. Niet de makkelijkste functietitel binnen NS. 'Vroeger hadden we het vaker over 'verwarde personen'. Alleen dat dekt de lading niet. Dan heb je meteen een oordeel over de ander', legt Laura Boelsma, medeverantwoordelijk voor de proef, uit.

Wat Teun en Jolanda wel doen, is nieuwsgierig zijn naar iemands gedrag. Het niet meteen begrenzen of handhaven. Laura: 'Terwijl je dat misschien wel geneigd bent als iemand hard aan het schreeuwen is, bedelt of over het station zwerft.' Hun aanpak: rustig contact leggen, een luisterend oor bieden en mensen naar de juiste instanties begeleiden.

Overlast beperken
Het idee van de aanpak? De sociale veiligheid op de stations vergroten. Laura: 'Een dakloze op een bankje veroorzaakt misschien niet meteen overlast, maar kan reizigers wel een onveilig gevoel geven.'

Jolanda en Teun bekijken telkens of iemand het meest geholpen is met zorg of met handhaving. 'Als dat laatste nodig is, schakelen ze Veiligheid & Service (V&S) in. De interventiemedewerkers vullen het werk van V&S aan en zijn er ook om hen te ontlasten.' Het uiteindelijke doel is dus drieledig: doorverwijzen naar passende hulp, overlast en escalatie beperken en de werklast van collega's verlichten.

Onderdeel van de werkwijze is dat Jolanda en Teun in burger werken. Geen hesje of uniform aan, gewoon in vrijetijdskleding over het station. 'Stel, je bent in de war en er komen vier mensen in geel uniform op je af. Dat kan angst oproepen. Teun en Jolanda proberen juist een relatie met iemand te ontwikkelen. Zij kunnen, in tegenstelling tot V&S'ers, ook de tijd nemen om die vertrouwensband op te bouwen.'

‘Buiten lopen blijft spannend’
Maar niet iedereen wil altijd geholpen worden, vertelt Jolanda. 'Je weet nooit hoe iemand op je gaat reageren. Dat maakt dit werk best onberekenbaar. Hoewel het buiten lopen soms best spannend is, heb ik mij nog nooit onveilig gevoeld.'

Terwijl Teun al bekend was met het reilen en zeilen op een station – hij werkte acht jaar als hoofdconducteur bij NS – is dit werk voor Jolanda helemaal nieuw. Ze heeft alleen kantoorbanen gehad bij NS; is adviseur bij HR geweest en leidinggevende op de Meldkamer NS. Haar netwerk met instanties – van gemeente, daklozenopvang tot verslavingscentrum – heeft ze vanaf nul opgebouwd. 'Inmiddels weet ik precies waar iemand medische hulp kan krijgen of even een douche kan nemen.'

De problematiek is uiteenlopend: Teun en Jolanda zien daklozen, verslaafden of mensen met ernstige psychische problemen op het station. En laatst nog, kon Jolanda een dementerende vrouw op weg helpen naar de metro. 'Dat gaf meteen een voldaan gevoel. Soms vind ik het jammer dat ik niet weet of iemand echt geholpen is en op het juiste pad terechtkomt. Maar ik ben geen hulpverlener – ik kan alleen doorverwijzen.'

Minder 'vaste bewoners'
Na elke werkdag leggen Teun en Jolanda vast wie ze gesproken en gezien hebben. Zo brengen ze ook 'vaste bewoners' in kaart: mensen die bijna dagelijks op het station zijn en soms overlast veroorzaken. Na een half jaar proefdraaien ziet Laura de eerste resultaten. Het aantal vaste bewoners op Utrecht Centraal lijkt af te nemen. 'Dat moeten we de komende maanden verder onderzoeken. En of we daarmee overlast voorkomen, is lastig in harde cijfers uit te drukken. Voor de proef werd er nauwelijks iets bijhouden over deze problematiek.'

Een van de uitdagingen in de proef – die nog tot en met maart 2025 duurt – is de werktijd van Jolanda en Teun. Nu doen zij tussen 9 en 5 hun rondes over het station. Na die tijd sluiten veel instanties, met wie zij samenwerken. Laura: 'Dan kun je alleen nog de nooddienst van de politie bellen. Toch kan V&S de hulp van Teun en Jolanda na kantoortijden juist goed gebruiken. En eigenlijk wil je op veel meer plekken in het land een 'Teun' of 'Jolanda' hebben. Maar het is een pilot, dus we moeten eerst aantonen of deze functie toegevoegde waarde heeft.'

In het kort:

  • Eerste half jaar voor de proef 'interventiemedewerker onbegrepen gedrag' zit erop
  • Proef is in juli uitgebreid met interventiemedewerker Jolanda van Opijnen op Rotterdam Centraal
  • Aantal overlastgevers op station Utrecht Centraal lijkt af te nemen
  • Uitdaging in de proef: inzettijden van de interventiemedewerkers
  • Proef duurt nog tot en met maart 2025


Op de foto: Jolanda van Opijnen, na verschillende kantoorfuncties nu interventiemedewerker op Rotterdam Centraal.